|
Door zijn geringe grootte is de chinese dwergkwartel (Coturnix chinensis), in oude boeken ook nog wel kwartelkoning genaamd, een zeer populaire volière vogel. Indien mogelijk houdt men hem in de zomer in een volière waarin verschillende grassoorten zijn ingezaaid. Deze kleine kwartel (13-14 cm) kunnen samen met verschillende soorten kleine hoenderachtigen en praktisch alle andere soorten vogels worden gehouden. De hen bouwt haar nest in de dichte vegetatie en vlecht daarbij een aantal halmen tot een dakje boven de nestkuil samen. Zij legt daarbij 4-10 olijfbruine, donkerbruine of zwartgevlekte eieren die gedurende 16 dagen door beide ouders worden bebroed. De pas uitgekomen kuikens zijn niet veel groter dan hommels,maar ontwikkelen zich snel. Als zijn 2-3 dagen oud zijn beginnen hun vleugel- en staartpennen al te groeien en na 14 dagen gaan zij al vliegen. Na 6 weken hebben ze al hun volledig verenkleed. Men voedt de kuikens met fijngehakte meelwormen, buffalotjes, kleine maden (pinkies), stukjes hardgekookt ei, opfokzaad en fijn gehakt groenvoer. Een aanvulling met mineralen is beslist noodzakelijk. Zelf heb ik goede ervaringen met kuiken-opfokmeel nr 1 en Sivo-start. Het basisvoedsel van een volwassen kwartel bestaat uit verschillende kleine gierstsoorten, kanariezaad, opfokzaad en zo nu en dan insecten. In de natuur bezoekt de kwartel de rijstvelden na de oogst. Hoewel de vogels onder in de volière hun kostje wel bij elkaar zoeken moeten we niet vergeten ook voor deze vogels geschikt water en voer klaar te zetten. Houdt men de vogels in kooien dan is groenvoer onontbeerlijk. Verder moet er fijn zand aanwezig zijn, waarin de vogels zich heerlijk kunnen baden.
|
|